Om eigen drogredenen, of onder druk van de provinciale dan wel centrale overheid, plaatsen gemeenten in Nederland windmolens. Producenten doen hun best draagvlak voor hun zaken te verkrijgen door grondeigenaren en vergunningverleners financiële voordelen te bieden. Voordelen die zij met subsidiegeld betalen, zodat uiteindelijk de burgerij de rekening krijgt. Niet alle inwoners zijn blij met de komst van de molens. De ontevredenen nopen de gemeentebesturen nogal eens naar de bezwaren tegen windparken om te zien. Daarom krijg ik soms een uitnodiging om hier of daar gemeentelijke autoriteiten die te komen uitleggen. Zo ook onlangs in Korendijk op Oud Beierland. Al doende leert men.
Dat windmolens niet of nauwelijks brandstof sparen, maakt op autoriteiten geen indruk. Evenmin dat windstroom erg duur is. Maar nadelen voor de lokale bevolking kunnen moeilijkheden geven. Daarvoor is wel interesse. Dus leg ik daar tegenwoordig het accent op in mijn verhaal.


Windmolens in Korendijk.

(presentatie op 21 november 2013.)





1. Betrokkenheid & overheidsadvies
2. Veel beloven en weinig geven…
3. De kosten voor land en burgerij
4. Waarop de lagere overheid zeker
    moet letten.


U ziet hier de onderwerpen van mijn presentatie. Eerstens moet u weten dat ik geen belang heb bij het al of niet plaatsen van windmolens. Veel deskundigen hebben zo’n belang wel. Fabrikanten, installateurs en onderzoekers bij universiteiten, de KEMA, het ECN bijvoorbeeld. Het is hun brood. Ook ondernemers en hun omgeving die windmolens als concurrent beschouwen hebben een belang. Aan zulke adviseurs moet men niet voorbijgaan. Zij weten van bepaalde aspecten vaak meer dan anderen. Maar bij het luisteren naar die adviezen moet men bedacht zijn op kleuring als er in plaats van feiten, aannames, spelen.

Mijn werk was jarenlang het uitdelen van overheidsgeld aan onderzoekers. Er was meer vraag dan geld en er moest gekozen worden. Dus vroegen wij voortdurend advies aan knappe koppen over de voorstellen van andere knappe koppen. Zo leerde ik een leven lang luisteren naar vaak goed onderbouwde, doch tegenstrijdige adviezen en hoe daarmee om te gaan. En vooral ook welke fouten je kunt maken. Mijn waarschuwing voor beslissen op basis van advies berust dus op rijke ervaring.
Destijds steunde ik ook onderzoek aan de verbetering van windmolens. Daarmee zijn mooie resultaten bereikt, waarop ik nog steeds trots ben. Maar dat betekent niet dat ik ze bij de huidige stand van de technologie ook geschikt acht voor grootschalige elektriciteitsproductie. In tegendeel!

In de tweede plaats zal ik kort iets zeggen over de prestaties van de molens in relatie tot de beloften. Na mijn pensionering heb ik mij samen met anderen daarin verdiept met name in de inpassing in onze elektriciteitsvoorziening. Ik weet dat onze bevindingen voor een deel worden weersproken door andere technici met als gevolg dat de prestaties of het ontbreken ervan geen belangstelling krijgen van autoriteiten. Het ene technische advies tegen het andere! Een gedegen analyse wil de regering niet laten maken. In de politiek is het dan al snel: waarmee krijg ik de meeste publieke instemming? Vandaar dat ik er kort over zal zijn.

In de derde plaats eveneens kort, vertel ik wat over de financiële kant. Voor de lagere overheid is dat aspect van minder belang. Die acht dat een zaak ‘voor Den Haag’. Daarom ‘kort’. Al vind ik persoonlijk dat ook een stadsbestuur zich wel wat meer rekenschap mocht geven over waar men de burgerij mee opzadelt.

Tenslotte zal ik ingaan op aspecten, die naar het mij voorkomt, in het bijzonder de zorg van gemeentelijke autoriteiten betreffen.


Wind is ‘gratis en schoon’ is misleidend.
Ook steenkool, gas en Uraan zijn gratis
en schoon zolang het in de grond zit.
Waar het op aankomt is:

Hoe schoon is het proces van bron
tot bruikbare elektriciteit?


Wind, zegt men, is gratis en schoon. Dat is onzin. Het geldt ook voor gas, kolen en uraan. Waar het op aankomt is: Hoe duur en hoe schoon is het om wind, kolen enz. om te zetten tot bruikbare elektriciteit?
Kolen en gas kosten alleen maar geld omdat de eigenaren van de grond er om vragen als je het er uit haalt. Nederlands gas kost geld omdat de Nederlandse overheid de NAM of de Gasunie er om vraagt. Indien het land zou besluiten voor ter plekke gewonnen windenergie geld te vragen, is ook die bron niet meer gratis.
Kolen en gas in de grond zijn even schoon als wind. Altijd geldt: Hoe vuil is het proces?


Het waait niet altijd en niet altijd even hard. Het gevolg is dat met wind gemaakte stroom fluctueert. Hier ziet u de fractie van de stroom in Duitsland over een heel jaar genomen afkomstig van de wind. Er zijn elk jaar in heel West Europa uren, soms zelfs dagen waarop het niet waait en ook als het wel waait moeten andere stroomleveranciers hun vermogen steeds aanpassen aan de veranderende windopbrengst.



Windwisselingen zijn niet alleen dagelijks, ze zijn er elk moment. Hier ziet u halfuurlijkse windmetingen bij Schiphol op een augustusdag.


En dit zou het gevolg zijn voor de stroomopbrengst van een hypothetisch daar opgesteld windpark. Probeer u eens voor te stellen wat de reacties zijn van een operator in een conventionele centrale die zulke veranderingen moet compenseren rond 11, 12, en 15.00 uur !

Minder besparing van brandstof en uitstoot
  1. De energie investering in bouw, plaatsing en
    netaansluiting plus netuitbreiding
  2. Overschatting van de capaciteitsfactor
  3. Het verlaagde rendement van conventionele
    achtervang
  4. Energieverbruik van conventionele- en
    wind-generatoren bij stilstand
  5. ‘Curtailment’
  6. Verkorte levensduur van conventionele- en windgeneratoren


Omdat er niet steeds genoeg wind is en we niet de mogelijkheid hebben elektriciteit in voldoende hoeveelheid op te slaan moet conventionele elektriciteitsproductie de wind aanvullen en soms helemaal vervangen. Er moet dus voldoende conventionele opwekking zijn en die is er. De hele windmolen¬verzameling moet dus als een extra gezien worden. Nergens in de wereld zijn conventionele eenheden opgedoekt vanwege de komst van de molens. Besparen die dan toch brandstof en CO2-uitstoot?
De regering gaat er gedekt door Brusselse afspraken van uit dat een kWh windstroom een kWh gewone stroom vervangt. Zij deelt die door het gemiddeld rendement van gewone generatoren en rekent de uitkomst als bespaarde brandstof en bespaarde uitstoot.

  1. Omdat de bouw, opstelling, netaansluiting en bekabeling plus de noodzakelijke netaanpassingen extra zijn moet de daarvoor gebruikte energie op de besparing in mindering worden gebracht. Die betekent dat een molen drie jaar moet produceren voor hij aan de besparing begint bij te dragen.
  2. De capaciteitsfactor van het totale Nederlandse windmolenarsenaal is 23%. Een molen met 1 MW op zijn naamplaat levert dus over het jaar gemiddeld 230 kW vermogen. De regering overschat dat met 32% voor ‘wind op land’ schromelijk. Ruim een derde te hoog.
  3. De fluctuerende windstroomproductie noodzaakt de andere generatoren tot verlaagde en wisselende productie die het rendement vermindert en dus brandstofverbruik en uitstoot per kWh verhoogt.
  4. Bij veel wind moeten gewone generatoren ophouden met stroom produceren. Om echter weer snel bij te kunnen schakelen moeten ze veelal blijven draaien, wat brandstof kost. Ook windmolens die stil staan vergen stroom. Bij de moderne 3 MW molens: 50 kW. Bedenk dat ze ook bij weinig wind niet zelf stroom produceren, ook al draaien de wieken. Draaien is beter voor het mechaniek.
  5. ‘Curtailment’ is het noodgedwongen afschakelen bij te hoge productie of het dumpen van die stroom, bijv. door het gratis aan buurlanden te leveren. Bij geen vraag is de marktprijs voor de windstroom nul of zelfs negatief. Alle Deense windsubsidie vloeit volgens de Deense WRR regelrecht naar Noorwegen.
  6. Het vermeerderde op- en afregelen verkort de levensduur van de generatoren in de centrales. Eerder vervanging kost extra energie. Windmolens zouden een levensduur van 20, tegenwoordig 30 jaar hebben. Maar die van NUON bij Lelystad moesten al na 12 jaar vervangen. Die in het Amaliapark lijken maar net de 10 jaar te halen.

Alles bijeen vermindert dat de aangenomen besparing. De regering bagatelliseert de vermindering tot ~ 10%. Volgens onze becijferingen en die van collega’s in andere landen is de besparing minder dan 50%. Omdat gegevens ontbreken en er dus aannames in de sommen zitten, of bepaalde factoren niet zijn meegenomen, verschillen de uitkomsten. Ik behoor tot de meest extremen. Volgens mijn berekeningen is de brandstofbesparing vrijwel 0 of zelfs negatief.


Het windaandeel in het Energieakkoord kost


19 miljard Euro

Dat is meer dan de kosten van Betuwelijn, hoge-snelheidslijn en JSF gevechtsvliegtuigen samen. De burgerij gaat alleen vanwege de wind 2 x zoveel als nu betalen voor de stroom.


En dan de kosten! Ik besef dat een gemeentebestuur daar niet over gaat. Ik memoreer slechts dat de opbouw van het windvermogen vanaf heden tot 2023 in het Energieakkoord 19 miljard Euro kost. Meer dan de prijs van de Betuwelijn, de hoge-snelheidslijn en de JSF-vliegtuigen samen. Het betekent een geleidelijke verdubbeling van de stroomprijs voor de burgerij - zonder inflatie - tot het eind van de periode. (Grootverbruikers betalen niet mee omdat dat de internationale concurrentie aantast.)
Bedenk ook dat van de 16% hernieuwbaar als doelstelling in het Energieakkoord de wind straks slechts 3% levert voor 19 miljard euro (!) in de komende tien jaar.

Dankzij de subsidies wordt aan de wind goed verdiend, maar alleen door de exploitant (met zijn lokale partners !) en de molenbouwers. Wij betalen het gelag. En dat voor een verwaarloosbare brandstof- en uitstootbesparing!

Gemeente belangen
  1. De waardevermindering van onroerend goed
  2. Akoestische en optische gevolgen
  3. Bescherming van het milieu
  4. Herstel bij buiten gebruik stelling
  5. Onvoorziene juridische kosten.


Nu wil ik het hebben over kwesties die een gemeentebestuur heel beslist wel aangaan. Ik bepaal mij tot de hiernaast genoemde zaken. In alle gevallen wordt het beslag op de ruimte niet in de begroting opgevoerd, hoewel er een enorm kapitaal aan vrije ruimte wordt opgeofferd ook in de ruimte op honderden meters van de molens. De gemeente krijgt een ander aanzicht en zeker geen rustiger!


De plaatsing van windmolens vermindert de waarde van het onroerend goed in de omgeving. Hierover zijn al een 12-tal gerechtelijke uitspraken gedaan. U ziet ze in het plaatje. Gemiddeld voor de betrokkenen een erkende waardevermindering voor OZB van 10%. Dat betekent o.a. verminderde belastingopbrengst voor de gemeente en natuurlijk waardeverlies bij verkoop van het onroerend goed. Verder ontstaat over kapitaalverlies onvrede en het gevolg zal zijn dat de getroffenen bij de rechter vergoeding eisen. De eerste zaken zijn al aanhangig.
Indien de gemeenten ondanks alles toch besluiten vergunning te geven voor plaatsing, zullen zij in de daartoe te sluiten contracten moeten bepalen dat de schade voor rekening komt van de exploitant. Het is noodzakelijk de betreffende onderdelen van het contract nauwkeurig juridisch te formuleren. Daar het om grote bedragen kan gaan zijn rechtszaken in de toekomst te verwachten. Er moet met name op worden gelet dat windinstallaties in andere handen kunnen overgaan. De nieuwe eigenaar moet ook die verplichtingen overnemen, zodat zo’n ontwikkeling de toezegging niet waardeloos maakt.
Omwonenden die tevens een aandeel in de molens hebben, letten vaak niet genoeg op de nadelen. Die merken ze pas bij verkoop wanneer blijkt dat de waarde van hun bezit is afgenomen. Zorg voor een goede voorlichting.


Gezondheidsproblemen

Optische effecten in de zonschaduw
Akoestische effecten
Het geluid van windmolens is anders dan van vliegtuigen of wegen. Het is aanhoudend en laag-frequent. Normen zullen worden aangepast.
Dek u in. Ook hier: laat de vervuiler betalen!


Niet alleen goederen ook personen kunnen schade ondervinden van optische en akoestische effecten van de molens. Bekend is bijvoorbeeld het psychedelische gevolg van het stroboscopische effect. Bepaalde individuen zijn daarvoor zeer gevoelig. Dit speelt uiteraard een rol voor woningen die in de zonschaduw van de molens liggen.
De karakteristiek van windmolen geluid is anders dan van andere geluidsbronnen. Uitvoerige studies laten zien dat men bij laag-frequent geluid andere, zwaardere eisen moet stellen aan de gehanteerde normen om de gevolgen te minimaliseren. Het is waarschijnlijk dat die normen zullen moeten worden bijgesteld. Het gaat om aanhoudend geluid, anders dan dat van bijv. onderbroken vliegtuig lawaai. Het leidt bijvoorbeeld bij sommige mensen tot slaapverstoring. Bij de metingen zullen windkracht en windrichting plus locaties moeten worden geregistreerd en zij zullen op een aantal plaatsen onder verschillende condities moeten worden verricht en wel met gecertificeerde meetapparatuur!
Ook over eventuele gezondheidsgevolgen van optische en akoestische oorsprong en de er uit voortvloeiende claims behoren in het genoemde contract goede, rechtsgeldige en over te dragen clausules te worden opgenomen. Zo niet dan kan de gemeente en de betrokken inwoner voor vervelende verrassingen komen te staan.


Over het milieu heb ik niet veel te zeggen. Ik veronderstel dat gemeentebestuurders en –raadsleden daarover al veel hebben gepraat en geleerd. Ik zou niet weten hoe de schade aan het landschap te verdisconteren. Maar dat die schade er is, is zeker. Grote bewegende objecten trekken de aandacht. Er zullen vogels sterven.
Let er op dat de milieueffectrapportage geschiedt in overeenstemming met ‘Aarhus convention’. Anders is achteraf de gang naar het Europese hof niet denkbeeldig.


Buiten gebruik stelling
Aan alles komt een einde.
Verzeker u ervan dat de exploitant na afloop zorgt voor herstel van de oude toestand.


Verder is er de belangrijke bepaling omtrent buiten gebruikstelling. De exploitant dient de verplichting te dragen na beëindiging het land en de omgeving zo goed mogelijk in de oorspronkelijke staat te herstellen en de installaties te ontmantelen en af te voeren. (Deze bepaling geldt ook voor andere elektriciteitsproducenten.)
Het ontbreken van goede waterdichte bepalingen daaromtrent heeft in andere landen al een aantal malen tot vervelende consequenties geleid. De overblijfselen van windmolenparken zijn uiterlijk nu eenmaal geen kathedralen, die toeristen trekken. Ik zei ‘uiterlijk’ omdat ze conceptueel grote gelijkenis met die bouwsels hebben. Kathedralen bouwde men in het geloof daarmee prioriteit bij hemelgang te verwerven en windmolens bouwt men om schoon en goedkoop het nageslacht voor catastrofes te vrijwaren. Op het eerste kwam men pas na eeuwen terug. Bij wind zal dat waarschijnlijk sneller gaan.


Middel om lekken te dichten:
Eis vooraf een borgsom
Om niet voor eventuele juridische kosten op te hoeven draaien.


Tenslotte nog een laatste welgemeende raad. De grootschalige introductie van windelektriciteit is een nieuwigheid. De regelgeving en de manier waarop wij ermee omgaan zal ongetwijfeld nog wijzigen. In het huidige tijdsgewricht zal dat tot op dit moment onvoorziene strijd leiden, die voor een deel in gerechtelijke procedures zal worden beslecht. De kosten daarvan kunnen uit de hand lopen. Dek u daartegen in.
U kunt van de exploitant een borgsom eisen die tevoren bij een notaris gedeponeerd of via een bankgarantie gesteld kan worden. Van deze borg moet de gemeente eventuele juridische bijstand en gerechtelijke kosten kunnen betalen die bij toekomstige geschillen optreden. En daarbij moet de exploitant of diens opvolger in rechten, de verplichting hebben de borgsom telkens als de gemeente van dat recht gebruik maakt, tot het oorspronkelijke bedrag aan te vullen. Op die manier vrijwaart u uzelf, uw opvolgers en de bewoners van Korendijk voor onvermoede financiële narigheid. Bij beëindiging van de overeenkomst is het resterende deel van de borg voor de windmolen-exploitant.
Ik wens u wijsheid en standvastigheid bij het nemen van een besluit. En ga zelf intussen door met de strijd.